Wat is een Bevallingstrauma?
Bevallingstrauma, nare bevalling, traumatische bevallingservaring – wat is het verschil?
Je hebt al misschien verschillende termen voorbij zien komen:
- Bevallingstrauma
- Traumatische bevallingservaring
- Nare / negatieve bevalling
- PTSS na de bevalling
Voor al deze termen geldt dat de vrouw die een kind heeft gekregen de bevalling een heel nare ervaring vond. Iedereen beschrijft dat gevoel en de ervaring op haar eigen manier. Bijvoorbeeld met: angst, paniek, falen, eenzaamheid, verdriet, boosheid of hulpeloosheid. En soms wordt het woord TRAUMA gebruikt.
Bevallingstrauma is hoe er vaak wordt gesproken over bevallingen die de vrouw (of haar partner) als extreem naar hebben ervaren, en waar ze na de bevalling meer of minder (psychische) gevolgen van ondervinden. Het is geen officiële medische term. Maar wel een term die veel mensen (her)kennen, vandaar dat wij ook spreken over bevallingstrauma.
Wanneer is een bevalling traumatisch?
Jij bent de enige die kunt bepalen of je bevalling naar of traumatisch was. Wat telt is jouw ervaring: Toen, op het moment van bevallen. En nu, hoe je terugkijkt op de bevalling. Hoe je bevalling feitelijk (medisch) is verlopen is hiervoor niet van belang. Het is ook niet relevant of jouw zorgverleners het een ‘gewone’, ‘mooie’, ‘vlotte’, ‘moeilijke’ of ‘heftige’ bevalling vonden. Jouw ervaring telt. Jouw ervaring is belangrijk.
In Nederland vonden:
20 van de 100 vrouwen de bevalling een nare / negatieve ervaring
10 van de 100 vrouwen de bevalling een traumatische ervaring
en
2 van de 100 vrouwen ontwikkelden PTSS na de bevalling
Hoe kan een bevalling nou traumatisch zijn?
Als je zelf een heel fijne bevallingservaring hebt gehad (of geen kinderen hebt), lijkt dit misschien een logische vraag. Toch geldt voor heel veel vrouwen dat zij zich tijdens de bevalling heel angstig, alleen of in paniek hebben gevoeld.
Dat heeft NIETS te maken met:
- Hoe blij of dankbaar ze zijn met hun baby
- Dat de baby (meestal) gezond geboren wordt
- Dat ze zelf graag zwanger wilden worden
- Dat ze wisten dat bevallen pijn zou doen
Dit is ook heel belangrijk om te weten als je wél een traumatische ervaring hebt gehad: Het maakt je niet minder dankbaar en niet een minder goede moeder. Alle emoties, positief én negatief, kunnen naast elkaar bestaan. Er is geen “maximum” aan emoties. Je kunt én blij, trots en dankbaar zijn met je baby, én verdrietig, boos of teleurgesteld over hoe je bevalling is gegaan.
Mijn bevalling was niet traumatisch. Maar (iets in) de zwangerschap, het kraambed, of het zwanger worden wél.
Kan dat ook?
Ja, zeker kan dit. Ook in de periode rondom de bevalling kunnen gebeurtenissen, of interacties tussen jou en zorgverleners heel naar of traumatisch geweest zijn.
Een aantal voorbeelden hiervan:
- Zwanger worden: niet zwanger kunnen worden, vruchtbaarheidsbehandelingen, pijnlijke IVF-traject
- Zwangerschap: miskraam, extreme zwangerschapsmisselijkheid (hyperemesis gravidarum), zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie), slechte uitslag van echo of prenatale screening, herhaaldelijk bloedverlies, vroeggeboorte
- Kraambed: borstvoeding die niet (goed) lukt, veel bloedverlies (fluxus postpartum), placenta operatief verwijderen (manuele placentaverwijdering), (herstel van) totaal ruptuur
- Baby: baby met ‘slechte start’, opname baby op kinderafdeling of NICU, zieke baby, overlijden baby
Als je eerder in de zwangerschap of daarvoor een nare ervaring hebt gehad, kan dit natuurlijk ook effect hebben op hoe je naar de bevalling kijkt en deze beleeft.
Kan mijn partner ook een bevallingstrauma hebben?
Ja, zeker kan dit. Ook degenen die bij de bevalling aanwezig waren, zoals je partner (/moeder /vriendin) kunnen de bevalling als heel naar of traumatisch hebben ervaren.
Vaak geven zij aan dat ze zich heel machteloos hebben gevoeld. Wat we ook regelmatig horen is dat bijvoorbeeld bij veel bloedverlies (fluxus), vastzittende schouder van de baby (schouderdystocie), of moeite met ademhalen na de geboorte, de partner meer bewust heeft meegemaakt wat er gebeurde dan de barende vrouw.
Het is belangrijk om te luisteren naar elkaars ervaring en hier voor open te staan. Het kan fijn zijn om met je partner veel te praten over wat jullie hebben mee gemaakt, maar dit is niet altijd makkelijk. Hoe partners omgaan met hun ervaring kan namelijk erg verschillen; Er zijn mensen die graag en veel willen praten, andere mensen proberen hun gedachten en gevoelens meer weg te stoppen. Soms vind je daarom meer een luisterend oor of verbinding met iemand anders – je moeder, zus, vriendin of buurvrouw.