Zorgverlener als second victim
Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat professionals, zoals verplegers of personeel van de eerste hulp in veel gevallen ook slachtoffers zijn van een traumatisch medisch incident. De term ‘second victim’ is hierdoor ontstaan, waarbij patiënten de ‘eerste’ slachtoffers zijn. In de afgelopen jaren is de aandacht verlegd naar de geboortezorg hulpverleners zoals verloskundigen en kraamverzorgers die getuige kunnen zijn bij een traumatische geboorte. Er wordt zelfs gezegd dat 85% van de verloskundigen aangeeft ooit bij een traumatische bevalling geweest te zijn. Eén van de onderzoeken toont aan dat verloskundigen die een traumatische bevalling hebben meegemaakt bij een patiënt vaak vast zitten tussen twee filosofieën: het handelen binnen het medische zorgmodel en hun filosofie van verloskundigen waarbij empathie voor de vrouw erg belangrijk is. Deze twee filosofieën zitten niet altijd op één lijn. “Wat had ik anders kunnen doen?”-vragen verloskundigen zichzelf en hun collega’s af om een traumatische gebeurtenis te verwerken. De emoties die hierbij komen kijken zorgen er vaak voor dat ze zichzelf de schuld geven. Ze hebben hierbij gekozen te handelen volgens het zorgmodel, of voor empathisch handelen waarbij het er dus altijd aan één filosofie niet voldaan kan worden.
Hieronder lees je persoonlijke verhalen over bevallingstrauma’s verteld door zorgverleners:
Verhaal van verloskundige Julia
Verhaal van kraamverzorgster Kate
Stichting Bevallingstrauma promoot open communicatie tussen zorgverleners en patiënten voor helende en preventieve doeleinden.
Wij geloven dat open communicatie tussen moeder en geboortezorg hulpverlener over een traumatische bevalling een positieve invloed kan hebben. Het is bewezen dat als de moeder een korte begeleiding krijgt van de verloskundige, dit bij de moeders leidt tot een vermindering van psychische symptomen. Ook hebben deze moeders een lager risico op depressie en stress en geven ze zichzelf minder de schuld. Welke effecten deze begeleidingen op de verloskundigen hebben moet nog onderzocht worden.
Wanneer je twijfelt of je PTSS na een medisch incident ervaart, doe dan de “Zelf-test PTSS” hieronder.
Literatuurlijst:
Gamble, J., Creedy, D., Moyle, W., Webster, J., McAllister, M. & Dickson, P. (2005). Effectiveness of a counseling intervention after a
traumatic childbirth: a randomized controlled trial. Birth, 32(1), 9-11.
Rice, H. & Warland, J. (2003). Bearing witness: midwives experiences of witnessing traumatic birth. Midwifery, 29 (9), 1056-63.
Schoder, K., Larsen, P.V., Jorgensen, J.S., Hjelmborg, J.V., Lamont, R.F. & Hvidt, N.C. (2016). Psychosocial health and well-being
among obstetricians and midwives involved in traumatic childbirth. Midwifery, 41:45-53.
Sheen, K., Slade, P. & Spiby, H. (2016). The experience and impact of traumatic perinatal event experiences in midwives: A qualitative
investigation. International Journal of Nursing Studies, 53, 61-72.
Wu, A.W. (2000). Medical error: the second victim. The doctor who makes the mistake needs help too. British Medical Journal. Mar
18;320(7237):726–727
Afbeelding: Frida Kahlo, The Two Fridas (Las dos Fridas), (1939)